Gemeente Holsbeek

Gebouwen en woningen: heffing op verkrotting

Met de heffing ter bestrijding van verkrotting en woningen en/of gebouwen, ook wel 'krotbelasting' genoemd, wil de Vlaamse overheid de verloedering van de leefomgeving tegengaan.

De belasting is gericht op ongeschikte, onbewoonbaar verklaarde of verwaarloosde woningen of gebouwen.
Die gebouwen komen terecht in een inventaris die opgemaakt en beheerd wordt door Wonen-Vlaanderen.

Voorwaarden

De heffing is verschuldigd als het gebouw of de woning gedurende 12 opeenvolgende maanden is opgenomen in:

  • de inventaris van ongeschikt of onbewoonbaar verklaarde woningen;
  • de inventaris van verwaarloosde woningen of gebouwen.

Zolang het gebouw en/of woning niet geschrapt is uit de inventaris (beheerd door Wonen-Vlaanderen) blijft de heffing, vanaf de datum van de eerste verjaardag, jaarlijks verschuldigd.

De belastingplichtige is elke persoon die op het ogenblik van het verstrijken van de eerste periode van 12 maanden na opname van het pand in de inventaris (of een verjaringsdatum ervan) houder is van één van volgende zakelijke rechten:

  • de volle eigendom
  • het recht van opstal of van erfpacht
  • het vruchtgebruik

In bepaalde gevallen kan je van de verkrottingsheffing worden vrijgesteld, zoals:

  • wanneer er geen omgevingsvergunning meer wordt afgeleverd omdat een onteigeningsplan wordt voorbereid;
  • wanneer het pand beschermd is als monument;
  • wanneer het pand getroffen werd door een ramp.

In bepaalde gevallen kan de krotbelasting worden opgeschort:

  • bij het uitvoeren van renovatiewerken;
  • als je een pand aankoopt dat binnen de twee jaar geschrapt is uit de inventaris of vrijgesteld of geschorst is van heffing.

Procedure

In het laatste kwartaal dat voorafgaat aan elke verjaardag van inventarisatie stuurt de inventarisatiebeheerder een brief aan de betrokkenen met daarin:

  • of het pand nog in de inventaris staat;
  • de gevolgen van de verjaardag van de inventarisatie;
  • de mogelijkheid tot schrapping.

Wanneer een heffing verschuldigd is, wordt een aanslagbiljet verstuurd.

Bij verkoop van het belaste pand moet de notaris, of één van de partijen, een door beide partijen ondertekend formulier indienen.
Dat formulier moet uiterlijk zeven dagen na de overdracht van het zakelijk recht aan de inventarisbeheerder en de Vlaamse Belastingdienst bezorgd worden.
Wordt deze procedure niet gevolgd dan blijft de verkoper als belastingplichtige beschouwd voor de eerstvolgende heffing na de overdracht van het zakelijk recht ontstaat.

Prijs

De heffing wordt berekend op basis van het geïndexeerd kadastraal inkomen van het onroerend goed en stijgt evenredig met het aantal jaren dat het pand op de inventaris blijft staan.